Jelle Brandt Corstius (1978) ontdekte op zijn achtste in de atlas het verre Siberië. Hij raakte gefascineerd door de grote afstanden en de leegte van het gebied. Vooral de spoorlijnen prikkelde zijn verbeelding. Wie woonden daar en hoe leefden ze? In de atlas staat de Bajkal-Amoer Magistrale (BAM) spoorlijn ingetekend, 700 km ten noorden van de Trans-Siberië Expres. Aanleg van de BAM begon in de jaren dertig. De ontberingen en de slechte behandeling eisten ontelbare slachtoffers onder de dwangarbeiders. Pas in de jaren zeventig werd de lijn voltooid. Dertig jaar later maakt Brandt Corstius met twee vrienden de reis: kunstenaar Aldo van den Broek (1985) en grafisch ontwerper Fabian Hahne (1985). Ruim 4000 km lang door het onherbergzame en ijskoude gebied. Onderweg ontmoeten ze vele Russen en leren ze omgaan met de absurdistische Russische werkelijkheid. Brandt Corstius schrijft met veel humor en mededogen. Zijn stijl is fris en helder. Het boek is geïllustreerd met schilderijen van Van den Broek. Eerder schreef hij over Rusland in 'Rusland voor gevorderden' (2008) en maakte hij de succesvolle televisieseries over Rusland 'Van Moskou tot Magadan' (2009) en 'Van Moskou tot Moermansk' (2010). Verberg tekst